Van rups tot vlinder

Onderstaande tekst is geschreven door Jotika Hermsen, één van de vaste columnisten van de kracht van Liefde. Jotika schrijft vanuit het boeddhisme.

♥♥♥

Een man vindt een cocon van een vlinder. Er zit een klein gaatje in de cocon. Hij  ziet hoe een vlinder een paar uur worstelt om zich door de opening naar buiten te werken. Dan lijkt het proces stil te staan en de man neemt een schaar en knipt de cocon verder open. De vlinder kan nu vrij vliegen.

Maar de vlinder heeft  een gezwollen lichaam en verfrommelde vleugels. Hij is niet in staat om te vliegen. Wat is hier gebeurd?

De man wilde helpen, kennelijk wilde hij het leven lichter maken voor de vlinder. Hij knipte de weerstand weg. De man was vol goede bedoelingen, maar wat hij in al zijn goedheid niet begreep was dat de krappe cocon en de worsteling nodig waren om de  lichaamsvloeistof van de vlinder in de vleugels te pompen, zodat de vlinder klaar zou zijn om te vliegen, zo gauw hij de vrijheid had bereikt uit de cocon.

‘Iedere moeilijkheid wordt een mogelijkheid’ komt er bij me op en dat geldt dan voor degene die het proces doormaakt. Aan de andere kant is er ook de helper. De onkunde van de goedwillende helper die dingen erger maakt in plaats van beter. De zachte  heelmeester die alles zacht wil laten zijn en daarmee het vooruitgangsproces blokkeert. Of was het een ongeduldige begeleider die instant resultaat wilde?

Hoe dan ook; De vlinder gaat de rest van zijn leven rondkruipen met een gezwollen lichaam en verfrommelde vleugels.

Als rups heb ik geleerd ‘No pain, no wisdom’. En dat betekent dat je niet bij ieder pijntje opstaat en wegholt, maar durft te zijn met wat er is: je eigen ervaring, die prettig of  onprettig kan zijn, hoe dan ook. Als je wilt groeien moet je de cocon loslaten, het kan niet anders. Niemand kan het voor jou doen. Jij zult het proces van loslaten zelf moeten doormaken. Kijk maar naar de natuur: Er kan geen nieuw blad komen als het oude niet afvalt. Snap je? Plotseling zie je waar de pijn vandaan komt. Je wilt vast houden. We zijn bang voor het nieuwe, bang voor het onbekende.

En dan die goed bedoelende begeleider. Het gaat over nabijheid en afstand. Over mededogen en inzicht. Over balans. Hoe graag willen we helpen? Waarom willen we helpen? Valt er eigenlijk wel te helpen?

Hoe moeilijk is het als begeleider, om iemand te zien worstelen op het kussen? Hoe lang kun je het als begeleider uithouden als de student bergen weerstand tegen komt?

Durf ik, als begeleider het proces van transformatie te laten gebeuren? Durf ik te aanvaarden, wat er ook maar komt? Heb ik geduld en vertrouwen? Mag de groei haar eigen gang gaan? In haar eigen tempo? Of zet ik de schaar erin? Vergeet niet:

Iedere moeilijkheid is een mogelijkheid om je vleugels op te pompen met levenskracht om vervolgens te vliegen naar verre hoogten.